January 23, 2023

NOU JA ZEG; HET GRONDSLAGVOORBEHOUD (in samenwerking met mr. L.F. Delfgaauw)

Curacao maakt deel uit van het Koninkrijk der Nederlanden. Dat betekent dat toewijzingsregels tussen Nederland en Curacao met betrekking tot de vraag welk land mag heffen over welk inkomen niet te vinden zijn in een verdrag maar in een rijkswet. De betreffende rijkswet is relatief jong en heet Belastingregeling Nederland Curacao. In die rijkswet staat dat Nederland over bijvoorbeeld lijfrente inkomen maximaal 15 procent mag heffen. Wij hebben de nodige clienten die in Nederland een lijfrente hebben opgebouwd. Als die verder geen inkomen uit Nederland hebben kan Nederland tussen de 8 a 9 procent belasting inhouden. Hoe komt dat? De Nederlandse inkomstenbelasting kent een schijventarief. De eerste schijf bestaat voor die ongeveer 8 a 9 procent uit belasting; de rest -oplopend tot zo een 22 procent- is premieheffing en daar gaat de Belastingregeling niet over.

Maar wat nu als je ook ander inkomen uit Nederland geniet waar Nederland volledig over mag inhouden?

In je onschuld denk je dan dat het inkomen wordt opgesplitst in een deel waarover tot maximaal 15 procent mag worden ingehouden en het restant wordt dan vanaf de voet progressief belasting.

Driewerf neen dus. Nederland mag dat inkomen op een (1) hoop gooien en kijken hoe de belasting uitpakt. Vervolgens wordt naar rato bepaald of het "15-procent-inkomen" zwaarder wordt belast dan tegen 15 procent. Is dat het geval dan wordt dat verminderd tot die 15 procent.

Met andere woorden indien men ook ander inkomen uit Nederland geniet kan dit maken dat 8 a 9 procent bij de een, 15 procent bij de ander is. Enkel omdat je ander inkomen geniet uit Nederland.



Technisch komt dit doordat Nederland in het Belastingregeling een zogenaamd grondslagvoorbehoud heeft opgenomen en dat heeft uitgewerkt in lokale heffingswetgeving.

Wij vinden dat niet eerlijk maar ja lex dura, sed lex.

Hieronder een uitgewerkt voorbeeld opgesteld door mr. L.F. Delfgaauw, belastingadviseur te Delft:

Stel je hebt in totaal € 90.000 inkomen waarvan € 25.000 als lijfrente maximaal met 15% mag worden belast.

Nederland mag dus over € 65.000 progressief belasting heffen want die is helemaal aan Nederland toegewezen en zou over die € 25.000 niet meer dan 15% mogen heffen, want de lijfrente mag in Curacao worden belast..

Nederland berekent echter wat de progressieve heffing is over € 90.000 (dus inclusief de lijfrente) namelijk € 26.600; vervolgens wordt berekend 15% van de lijfrente van € 25.000 is € 3.750.

Gemiddeld wordt aan de lijfrente toegerekend aan Nederlandse belasting een evenredig deel namelijk 25/90 * 26.600 = € 7.390. De vermindering is dan € 7.390 - € 3.750= € 3.640.

De Nederlandse belasting over het inkomen van € 65.000 dat alleen in Nederland mag worden belast is dus per saldo € 26.600 – € 7.390 = € 19.210

 

Als de lijfrente echter niet in de progressieve heffing door Nederland wordt meegenomen, maar helemaal apart zou worden gehouden, is de belasting over € 65.000 slechts € 14.450! De lijfrente trekt het hele inkomen namelijk in de derde belastingschijf met het hoogste tarief.

Het progressievoorbehoud leidt dus ertoe dat Nederland € 4.760 meer belasting heft dan zij zegt te doen. Formeel wordt er over de lijfrente van € 25.000 maar € 3.750 belasting geheven en dat is 15%. Maar het overige inkomen wordt dus dankzij die lijfrente € 4.760 zwaarder belast dan zonder dat lijfrenteinkomen. Het tarief over het Nederlandse inkomen dat uitsluitend in Nederland mag worden belast stijgt daardoor van € 14.450 naar € 19.210. Dat is een verhoging met bijna 33%! Of anders gezegd: er wordt dankzij die lijfrene 3.750 + 4.760 = € 8.510 aan belasting geheven en dat is 34% van die lijfrente, geen 15%!


No comments:

Post a Comment