October 25, 2024

BLIK OVER DE SCHOUDER VAN EEN ADVOCAAT-BELASTINGKUNDIGE

 


Sedert 1 maart 2024 heb ik hier op Curaçao een samenwerking met Peter Muller, die al 29 jaar als belastingadviseur op het eiland werkzaam is. Het Hof heeft mij inmiddels beëdigd als advocaat, zodat ik ook wat dat betreft de praktijk die ik in Nederland al 25 jaar uitvoerde, wederom als advocaat kan voortzetten. 




Ook vanuit Nederland werkten Peter ik al vele jaren samen vooral voor mensen die in beide landen financiële en fiscale belangen hebben. 

Denk bijvoorbeeld aan personen die in het ene land wonen in het andere land onroerend goed aanschaffen als vakantiewoning (van Nederland naar Curaçao) of als onderkomen voor een studerend kind (van Curaçao naar Nederland). 

Verder komen de directeuren-grootaandeelhouder die vanuit Nederland naar Curaçao emigreren met regelmaat in beeld, maar ook de werknemers van Defensie die vanuit Nederland op Curaçao worden gestationeerd en na het einde van hun diensttijd besluiten hier te blijven. 

Wat gebeurt er zoal in de praktijk van een advocaat belastingkundige? Interessant zijn de problemen waarin civiel recht en fiscaal recht samenkomen. Dat tref je bijvoorbeeld aan bij ondernemers in de inkomstenbelasting, maar ook bij de directeuren-grootaandeelhouder die een onderneming uitoefenen in een of meer besloten vennootschappen.

Wie een eenmanszaak begint en allerlei tijd en moeite stopt in zijn product, de plaats waar het wordt verkocht, het werven van de mogelijke klanten, de aanvoer van telkens nieuwe goederen en het steeds opnieuw bedenken en uitvoeren van activiteiten om in beeld te blijven, kan ondanks alle geïnvesteerde tijd en moeite toch tegen de stelling van de belastingdienst aanlopen dat die activiteiten geen onderneming zijn. Dat gebeurt ook als er bijvoorbeeld behoorlijk geïnvesteerd is (ordegrootte ANG 100.000) en de onderneming ruim twee jaar heeft gedraaid. Zeker als daarbij uiteindelijk in die eerste periode een verlies is geleden - wat voor een startende onderneming helemaal niet bijzonder is - valt de afwijzing van het ondernemerschap rauw op het dak. Daar komt bij dat die afwijzing pas laat duidelijk wordt, namelijk zodra een aangifte inkomstenbelasting over het eerste jaar dat de onderneming draait, door de belastingdienst is behandeld en het verlies uit onderneming niet als zodanig wordt aanvaard. Wie in jaar 1 met de ondernemingsactiviteit begint en in jaar 2 dan de aangifte inkomstenbelasting doet, ziet veelal pas in jaar 3 deze reactie van de fiscus. De vraag is dan of de uitgevoerde activiteiten een bron van inkomen zijn. 

Volgens vaste jurisprudentie worden drie voorwaarden gesteld aan een bron van inkomen namelijk deelname aan het economisch verkeer, het subjectieve oogmerk om voordeel te behalen en de objectieve verwachting dat het voordeel redelijkerwijs kan worden behaald. Of er sprake is van een onderneming wordt mede getoetst aan duurzaamheid en omvang daarvan, de omvang van de bruto baten, de winstverwachting, de vraag of ondernemersrisico is gelopen, de beschikbare tijd en deskundigheid, de bekendheid naar buiten toe, het aantal opdrachtgevers en het spraakgebruik. Er zijn dus nogal wat aspecten om te toetsen of activiteiten inderdaad ook fiscaal als onderneming zullen worden geaccepteerd. Het zal niet verbazen dat er een berg rechtspraak is over deze kwestie, want personen die hun activiteit fiscaal niet als onderneming erkend krijgen, zijn doorgaans strijdlustig genoeg om die kwestie aan een rechter voor te leggen.

Wat betreft de ondernemers die vertrekken uit Nederland en komen wonen op Curaçao spelen vaak kwesties over vermogen dat in Nederland is achtergebleven zoals bijvoorbeeld een holding BV met daarin het bedrijfsmatig onroerend goed dat nu wordt verhuurd aan de opvolger. Wie emigreert uit Nederland wordt verzocht een immigratieaangifte te doen (op een zogenaamd M-biljet). Een gevolg daarvan kan zijn dat een zogenaamde conserverende aanslag door de Nederlandse fiscus wordt opgelegd over de aanmerkelijk belang winst in het aandelenpakket en bijvoorbeeld ook over lijfrentes en pensioenen die zijn opgebouwd bij Nederlandse verzekeraars en pensioenfondsen. Of en wanneer een dergelijke aanslag werkelijk wordt geïnd, of deze eigenlijk wel mag worden opgelegd en of uitstel van betaling mogelijk is, valt het nodige op te merken en te regelen met de Nederlandse belastingdienst. 




Niet alleen de bepalingen in de Nederlandse Invorderingswet, maar ook regelingen uit het belastingverdrag tussen Nederland en Curaçao (de Belastingregeling Nederland Curaçao), komen dan in beeld. Een opvallende narigheid is voor personen die nota bene binnen het Koninkrijk verhuizen, dat zij geen automatisch uitstel van betaling krijgen voor een dergelijke conserverende aanslag, terwijl dit voor Nederlanders die vertrekken naar een ander land binnen de EU wel het geval is!

Verder is een bekend terrein de verkoop van een onderneming al dan niet samen met het onroerend goed waarin de activiteiten worden uitgeoefend. Fiscale en juridische ondersteuning bij het opstellen van de koopovereenkomst maar ook bij de consequenties van een dergelijke verkoop voor aandeelhouders is een onderwerp dat regelmatig aan de orde komt. Dat speelt zeker als er discussie ontstaat voor of na het zetten van de handtekeningen en zelfs de vraag opkomt of een verkoper nog wel gehouden is zijn onderneming en onroerend goed aan een weerspannige koper over te dragen. Telkens wordt dan weer duidelijk dat schriftelijke afspraken in ieder geval een goed houvast bieden voor acties wanneer een van de partijen onder zijn verplichtingen wil uitkomen.

Last but not least van dit korte overzicht zijn de bekende kwesties over de opgevallen nalatenschappen. Daar is enerzijds altijd een zoektocht naar de vraag wie nu werkelijk erfgenaam zijn (opvolgende huwelijken, buitenkinderen) en wat de erfenis inhoudt aan de orde, maar anderzijds ook wat er nu werkelijk in het verleden is geregeld en al is uitgevoerd dat nog steeds gevolgen heeft voor de afwikkeling van zo’n nalatenschap op dit moment. Denk daarbij aan het overlijden tijdens huwelijk waarbij mogelijk een ouderlijke boedelverdeling leidde tot toedeling van alle vermogen aan de langstlevende ouder en vorderingen aan de kinderen, pas opeisbaar na overlijden van de langstlevende. Als de langstlevende ouder maar oud genoeg wordt en de kwestie lang genoeg duurt, zit je op een gegeven moment alleen nog met de kleinkinderen aan tafel die als plaatsvervullers van hun inmiddels overleden ouders optreden. Deze neven en nichten kunnen heel uiteenlopende belangen hebben met alle discussie die daarmee samengaat. 

Kortom: never a dull moment.


October 10, 2024

PROBLEMEN MET HET ONLINE PORTAAL

 De nodige jaren terug werd op Curacao een online portaal geintroduceerd voor het doen van allerlei aangiftes. Inkomstenbelasting, loonbelasting, winstbelasting, omzetbelasting en sociale premies.  Iedereen werd gedwongen om gebruik te maken van het portaal. Indien je geen internet connectie hebt of niet handig met computers had je naturlijk een probleem. Mij hebben daarover weinig klachten bereikt maar toegegeven, als je een belastingadviseur hebt, heb je waarschijnlijk ook wel wel internet. Het portaal functioneerde redelijk goed met de aantekening dat het nogal traag was. Na covid nam mijn assistente ontslag en begon ik zelf alle aangiften voor onze clienten te verzorgen. Ik heb uren naar een ronddraaiend cirkeltje op het portaal mogen kijken. Het duurde lang -vaak te lang- voor je naar een volgende pagina werd verwezen.

In september werd er gewerkt aan het portaal. Eerst lag het er lang uit en het toen het weer de lucht in ging kwamen er nieuwe problemen naar boven. Sinds dat moment kan ik bijvoorbeeld geen aangiften winstbelasting meer verzorgen voor clienten en de aangiften inkomstenbelasting konden niet worden uitgeprint.


Momenteel kan ik voor clienten geen enkele aangifte meer verzorgen. Het portaal lijkt al mijn machtigingen niet meer te erkennen.


Ik weet dat de belastingdienst op de hoogte is van de problemen. Ik ben meerdere malen gebeld door het hoofd van dienst en gisteren ook door een andere medewerker. Het lijkt er op dat zij met de handen in het haar zitten. Ik vraag mij af of de ingeschakelde automatiseerder de juiste is geweest.

En ik voorzie nu al dat mijn kerstdagen gevuld gaan worden met het doen van aangiften in plaats van het vertoeven aan rijkelijk gedekte tafels.


Ik hoop dat er snel een oplossing komt.