Kantoorgenoot mr. Leo F. Delfgaauw -advocaat en belastingadviseur- schrijft het navolgende over de conserverende aanslag:
Als u directeur-grootaandeelhouder bent van
een in Nederland gevestigde BV en u emigreert naar een ander land, zal
Nederland aan u een conserverende aanslag inkomstenbelasting opleggen.
Emigratie is het metterwoon verhuizen vanuit Nederland naar een ander land,
waar u dan uw hoofdverblijf zult hebben. Curaçao is ten opzichte van Nederland
een ander land ook al is het een van de vier landen binnen het Koninkrijk der
Nederlanden.
De conserverende aanslag wordt opgelegd over
de aanmerkelijkbelangwinst. Dat is de meerwaarde van uw aandelen ten opzichte
van de nominale waarde (of het bedrag dat u ooit voor de aandelen hebt betaald
als u niet zelf de oprichter van de BV was). De gedachte van Nederland is, dat
die meerwaarde van de aandelen in Nederland is opgebouwd en dan ook door
Nederland mag worden belast. Normaal gesproken komt belastingheffing over
aanmerkelijkbelangwinst alleen aan de orde bij dividenduitkering of verkoop van
de aandelen. In de Wet inkomstenbelasting 2001 is echter de fictie opgenomen
dat verhuizen naar het buitenland ook als vervreemding van de aandelen wordt
beschouwd, met een aanslag inkomstenbelasting over de aanmerkelijkbelangwinst
als gevolg.
Als u bijvoorbeeld in 2024 emigreert uit
Nederland, doet u over dat jaar een zogenaamde M aangifte waarin u de
meerwaarde van de aandelen opgeeft. Er volgt dan een conserverende aanslag over
die meerwaarde volgens het tarief van 2024. Die aanslag hoeft u niet direct te
betalen, want er is immers geen echte winst gemaakt. Een derde partij heeft
niet werkelijk aan u een bedrag betaald voor overname van de aandelen. U krijgt
dan ook uitstel van betaling voor die aanslag. Als u verhuist naar een ander
land binnen de EU (inclusief Noorwegen IJsland en Liechtenstein) op of de EER
krijgt u het uitstel automatisch. Als u naar een ander land verhuist, moet u
dat uitstel zelf aanvragen bij de Ontvanger. Ondanks dat Curaçao onderdeel is
van het Koninkrijk, wordt het beschouwd als een land buiten de EU of de EER en
krijgt u dus niet automatisch uitstel van betaling.
Normaal gesproken wordt invorderingsrente
geheven als u uitstel van betaling heeft voor een belastingaanslag. Bij de
conserverende aanslag blijft die rente achterwege. Het verschil tussen
emigratie naar een EU of EER land enerzijds en een derde land anderzijds is wel,
dat bij emigratie naar zo’n derde land de Ontvanger zekerheid kan vragen voor
de te betalen conserverende aanslag. Als zekerheid wordt een bankgarantie, een
hypotheek of een verpanding aanvaard. Geregeld is het lastig om die zekerheid
te geven want veelal gaan met emigratie ook alle waardevolle
vermogensbestanddelen Nederland uit. Als de BV echter in Nederland blijft
gevestigd en bijvoorbeeld over een bedrijfspand beschikt, kan dat mogelijk als
zekerheid dienen.
De conserverende aanslag wordt werkelijk geïnd
als binnen 10 jaar na emigratie dividend wordt uitgekeerd of de aandelen
werkelijk aan derden worden verkocht. Stel dat de conserverende aanslag 2024 over
een aanmerkelijkbelangwinst van € 4.000.000 is opgelegd. Volgens het
tarief van 2024 is de aanmerkelijkbelangheffing dan € 1.314.305 Als in 2028,
zijnde het vierde jaar na emigratie, € 500.000 bruto dividend wordt uitgekeerd,
wordt naar het tarief van 2028 berekend hoeveel inkomstenbelasting daarover is
verschuldigd. Stel dat het aanmerkelijkbelangtarief dan 35% is, dan is de
verschuldigde belasting € 175.000. De BV betaalt 15% dividendbelasting en u
betaalt de rest zijnde € 100.000. Op de conserverende aanslag komt dan in
mindering € 175.000. De rest van de aanslag blijft gewoon staan.
Nederland heeft met heel veel landen een
verdrag gesloten ter voorkoming van dubbele belasting. Het “verdrag” tussen
Nederland en Curaçao is de Belastingregeling Nederland Curaçao (BRNC). Verdrag
tussen aanhalingstekens omdat het geen echt verdrag is maar een rijkswet.
Verdragen worden gesloten met andere landen; Curaçao valt binnen het koninkrijk vandaar een rijkswet.
In deze belastingregeling is bepaald dat
dividend uit een BV in Nederland slechts met 15% mag worden belast (art 10 lid
2 BRNC) en dat Curaçao eventueel over dat dividend zelf ook nog belasting mag
heffen rekening houdende met de Nederlandse belasting. Echter, de regeling
waarbij de heffing tot 15% door Nederland wordt beperkt, gaat in de eerste 10
jaar na emigratie opzij op grond van art 13 lid 5 BRNC. Gedurende die 10 jaar
heft Nederland nog steeds over aanmerkelijkbelangwinst naar het actuele
Nederlandse tarief. Pas na die 10 jaar wordt de heffing beperkt tot 15%. Steeds
wordt ook dan de feitelijk door Nederland geheven belasting in mindering
gebracht op de conserverende aanslag totdat die helemaal is betaald.
Op dit moment is het tarief van de Nederlandse
aanmerkelijk belang 33% (vanaf een dividend van € 67.000). Als in Curaçao over
zo’n dividend minder dan 18% zou worden geheven rekening houdende met de 15%
die Nederland na 10 jaar mag heffen, dan kan het dus zinvol zijn om
dividenduitkeringen zoveel mogelijk uit te stellen totdat de eerste 10 jaar na
emigratie zijn verstreken.
Voor alle duidelijkheid zij vermeld dat de
Nederlandse conserverende aanslag ook wordt geïnd als de aandelen in de
Nederlandse BV werkelijk worden verkocht aan een derde partij.
Tenslotte nog dit: ook Curaçao kent een exit
regeling voor de aanmerkelijkbelangaandeelhouder. Wie emigreert vanuit Curaçao
met achterlating van een lokale vennootschap, krijgt een conserverende aanslag
over de aanmerkelijkbelangwinst. Het tarief is op dit moment 19,5%. In
tegenstelling tot de Nederlandse regeling vervalt deze Curaçaose conserverende
aanslag definitief na 10 jaar. Verschil is ook dat tussentijdse dividenden niet
worden belast, maar dat de conserverende Curaçaose aanslag alleen wordt geïnd bij
verkoop van de aandelen of staking van de door de vennootschap gedreven
onderneming met uitkering van tenminste 90% van de reserves of-als geen
onderneming werd gedreven-uitkering van tenminste 90% van de reserves. Dat
biedt mogelijkheden.
No comments:
Post a Comment